|
|
Jaguar XK
Puik verzoeknummer
In oktober 1948 lanceerde Jaguar de beeldschone XK 120. Om de vijftigste
verjaardag van dit roemruchte model extra glans te geven, presenteerden
de Britten de XKR, een auto die er mede is gekomen op verzoek van de klanten.
Met zijn vierliter V8 is de ’gewone’ XK8 al
bepaald geen stumper, maar toch wensten veel kopers meer vermogen. Daar
kon Jaguar best aan voldoen, want voor de Saloons was al een beresterke
V8 met Supercharger ontwikkeld. Een beetje passen en meten was wel nodig,
maar het lukte. Net als in de XJR maakt Jaguar in deze XKR gebruik van een
mechanische compressor van het fabrikaat Eaton om extra lucht in de cilinders
te pompen. Die samengeperste lucht wordt gekoeld alvorens de cilinder ingejaagd
te worden; daarvoor heeft elke cilinderrij een eigen tussenkoeler. Deze
installatie mist zijn uitwerking niet. Schijnbaar moeiteloos schudt de krachtcentrale
er 370 pk uit. Wellicht nog indrukwekkender is het imposante koppel van
525 Nm. Vanwege die enorme trekkracht moest Jaguar even vreemd gaan; er
zijn maar weinig automaten die tegen zo’n overvloed aan koppel bestand
zijn. De Britten kozen uiteindelijk voor de, uiteraard elektronisch geregelde,
vijftrapper van Mercedes.
Machtsvertoon
Hoewel de XKR bepaald geen lichte auto is, toont ’ie zich bijzonder
beweeglijk. De bere-sterke V8 zorgt ervoor dat je van die ruim 1600 kilo’s
maar weinig merkt. Als je het gas diep intrapt, hoor je de compressor stevig
zoemen en word je stevig in je stoel gedrukt. Slechts 5,4 tellen kost het
om vanuit stilstand naar de 100 km/h te springen, overigens zonder enige
vorm van drama zoals dat een Jaguar betaamt. Even inhalen op een tweebaans
weg gaat in een flits: even de neus opzij, gas erop en je kunt vrijwel meteen
weer naar rechts sturen. Net als zijn bescheidener broer is de XKR begrensd
op
250 km/h. Aardig gegeven: vanuit stilstand wordt die snelheid in slechts
39,5 s bereikt. Dát is nog eens machtsvertoon.
CATS
Vergeleken met de XK8 heeft de Supercharged een steviger onderstel. De auto
wordt ook standaard geleverd met CATS, een elektronische regeling voor de
schokdempers, die voor de XKR iets stugger is afgeregeld. De vering is een
slagje stijver afgesteld en de XKR krijgt een nieuwe, elektronisch geregelde
stuurbekrachtiging. Al die aanpassingen maken de XKR tot een nog lekkerder
rijmachine: hij stuurt strakker en geeft je meer gevoel. Toch zou de besturing
rond de middenstand nog wel ietsje scherper mogen.
Overigens is er ook een verschil in weggedrag tussen de Coupé en
de Convertible. ’Onze’ open auto heeft een wat soepeler afgestemd
onderstel en dat maakt dat ’ie bij het echte rappe werk minder mooi
van bocht naar bocht danst dan zijn gesloten broer. Wie echt voor maximaal
rijgenot gaat, zal een Coupé moeten bestellen.
Het aardige van de XKR is dat ’ie niet te koop loopt met zijn opgefokte
spierbundels. Hij is vrijwel net zo gracieus als zijn minder met pk’s
en Nm’s toebedeelde broer. Het onderscheid zit hem in subtiele details.
Je herkent de XKR het makkelijkst aan zijn grille van gaas en de twee koelopeningen
op de motorkap. Details die de XKR op bescheiden wijze die extra sportiviteit
laat uitstralen. Eveneens speciaal voor de XKR zijn deze 18 inch velgen;
die staan hem prima.
Het kleine lipje op het kofferdeksel had van ons niet zo gehoeven, maar
het is nodig voor extra stabiliteit. Wie heel goed kijkt, zal ook de Supercharged-badges
ontdekken en daarmee hebben we dan ook meteen alle herkenningspunten gehad.
Karrevracht hout
Gebleven is het prachtige interieur van de XK8. Het is niet in alle opzichten
perfect, maar absoluut een lust voor het oog. Die Britten weten als geen
ander een karrevracht hout en leer te combineren tot een buitengewoon smaakvol
en voornaam geheel. Zo’n dashboard blijft gewoon iets magnifieks om
naar te kijken.
Als wij moesten kiezen tussen een XK8 of een XKR werd dat zonder aarzeling
de laatstgenoemde. De XKR is een waardige bekroning van de modellenlijn
van Jaguar: een auto die stijl combineert met topprestaties. Net als de
XK8 zet Jaguar deze auto weer heel scherp in de markt, al blijft een bedrag
van zo’n 225.000 piek een gigantische berg geld. Maar die dertig mille
extra ten opzichte van de XK8 is de R dubbel en dwars waard.
|